Vandaag zetten we onze tocht door de witte dorpen voort.

We willen naar Teba, ongeveer 40 kilometer, oftewel 35 minuten rijden, iets ten noorden, maar voornamelijk ten oosten van Olvera. De route voert ons door een heuvelachtig gebied. Kleine bergen en rotsen, bekend als karstverschijnselen, duiken links en rechts van het verder groene landschap steeds weer op. Het gebied wordt gekenmerkt door olijfgaarden. Aan de ene kant lijkt het landschap bijna kaal, aan de andere kant is het groen van de weilanden extreem weelderig.

Een kwartier voor onze aankomst zien we Teba al van verre liggen. Het dorp ligt tussen twee 600 tot 700 meter hoge bergheuvels. Om bij het centrum te komen, volgen we een smalle weg die de loop van de berg volgt en zich een weg omhoog slingert naar het dorp. Teba heeft een kerk uit de 17e eeuw, de Iglesia de la Santa Cruz la Real. Het wordt gekenmerkt door zijn opvallende marmeren zuilen. De ruïnes van een middeleeuws fort, het Castillo de la Estrella, inclusief de donjon, staan ook nog overeind. - Na Ronda en Olvera valt de charme van de stad echter niet meteen op. - Maar zijn het niet juist zulke vergelijkingen die geluk en tevredenheid in de weg staan? Moeten de steden wel vergeleken worden? Nee, zeker niet. Dus richten we ons op de mooie aspecten van deze plek. - En zie, we vinden ze, ook al liggen ze een beetje buiten het stadscentrum. Aan de rand van het centrum leidt een pad iets hogerop naar het hoogplateau. Vanaf hier heb je een gigantisch uitzicht in de verte.

We profiteren van dit moment, dit uitzicht, en maken ons ontbijt of late ontbijt klaar. Vandaag hebben we sappige sinaasappels, wit brood met olijfolie, salade, dressing, zongedroogde tomaten en olijven. Dit ontbijt lijkt goed te passen bij de omgeving. Het gaat ons goed af. - Helaas lukt het ons ook hier niet om het moment vast te leggen, of digitaal vast te leggen.

Dus gingen we op weg naar Ardales, dat op zijn beurt ten zuidoosten van Teba ligt, in de regio Guadalteba. Beide dorpen behoren al tot de Spaanse provincie Málaga. Ardales is ook een van de witte dorpen. Dit dorp is echter niet onze bestemming voor vandaag, dus we laten het even voor wat het is. Omdat het zulk mooi weer is, willen we naar het Embalse del Conde de Guadalhorce. Park4Night laat ons verschillende wildplaatsen en een camping zien. - Uiteindelijk zoeken we echter gewoon een pad richting het meer. Voorzichtig rijden we een steil off-road pad af naar het meer. Ons risico wordt beloond, want we parkeren Hector midden in een olijfboomgaard die zich uitstrekt over een kleine landtong naar het meer. (Noot van Torgit: Morgen lees je of we hier weg zijn gekomen 😉 )

Een wandeling brengt ons naar het water, dat aangenaam helder en koel is. Terug bij Hector genieten we van de middagzon en lezen we wat. Daarna bereiden we onze avondmaaltijd voor. We eten een warme pastasalade. We genieten van de laatste zonnestralen. Zodra we klaar zijn met eten, kunnen we genieten van de zonsondergang. Het is fantastisch stil, er zijn geen krekels te horen of wat dan ook. - Zelden heb ik de natuur zo stil gezien. (Noot van Torgit: 'pastasalade': neem rode paprika, wortel, komkommer, rode ui, avocado, zongedroogde tomaten, pijnboompitten en groene sla, vervang alles door je favoriete ingrediënten naar keuze, meng met 's werelds beste echtgenootdressing en voeg pasta toe. De lekkerste pastasalade waar je blij van wordt is klaar).

Deel onze reis met je vrienden
nl_NLDutch